Januari 2021 - Het Zwaard van Orion
Geplaatst: 28 dec 2020 09:35
Het Zwaard van Orion.
Een heel jaar waarin nog nooit een waarneming is gedaan hebben we voor de boeg. Je hebt dus de mogelijkheid de eerste te worden. Heb je wat minder haast dan staan er voor januari 31 avonden en nachten ter beschikking. Voor deze maand hebben we gekozen voor ‘het Zwaard van Orion’.
Over Orion kan je wel een boek vol schrijven, hier een begin
. Voor de visuele waarnemer een eldorado, voor de fotograaf een uitdaging.
De Griekse mythologie vertelt dat Orion de zoon is van de zeegod Poseidon en Euryla. Poseidon gaf Orion de macht om over het water te kunnen lopen. Orion ging op jacht met zijn twee honden Canis Minor (kleine hond) en Canis Major (grote hond). Orion was groot, sterk en vermaard om zijn schoonheid. Er zijn vele verhalen over zijn liefde voor vrouwen. In één van die verhalen achtervolgde hij de Plejaden, de zeven prachtige zusters. Hij had ze bijna te pakken toen Zeus daar een stokje voor stak. Hij veranderde de zeven zusters in druiven. De straf van Zeus was dat hij eeuwig zou blijven jagen maar de zusters nooit zal bereiken. Orion werd door Zeus aan de hemel geplaatst, naast de Stier (Zeus zelf) die tussen Orion en de Plejaden in staat.
Onze Melkweg is een spiraalstelsel met armen die genoemd zijn naar de sterrenbeelden die we in die richtingen zien. Als we in de richting van het centrum kijken komen we als eerste de Sagittariusarm tegen. Als we de andere kant uit kijken krijgen we de Perseusarm in beeld.
Tussen deze armen zit een kleine aftakking van de Sagittariusarm, de Orionarm. In de Orionarm vinden we, zoals de naam al zegt het sterrenbeeld Orion en onze Zon. Orion ligt relatief dichtbij (+/-1500 lichtjaar) en we kunnen het dus goed waarnemen. Waarschijnlijk voor velen een bekend gebied, maar of we er ook gedetailleerd aandacht aan hebben gegeven?
Orion vinden we op 1 januari ‘s avonds om acht uur al in het zuidoosten en op de 31e om 24:00 uur nog in het zuidwesten. We kunnen het dus de hele maand waarnemen. Om Orion te vinden hoeven we niet moeilijk te doen. De drie gordelsterren (Alnitak, Alnilam en Mintaka) zien we met het blote oog. Het zwaard van Orion hangt aan zijn gordel. Zonder telescoop is het zwaard goed te zien als een wat langwerpige heldere nevel. Hierin bevindt zich onder ander de Orionnevel, een gigantisch stervormingsgebied, spectaculair in de telescoop.
Het zwaard van boven naar onderen volgend zien we:
NGC 1981: een grote open sterrenhoop
NGC 1973, 1975 en 1977 zijn onderdeel van hetzelfde nevelcomplex, de ‘Running man nevel’. Het geheel is vrij eenvoudig te zien. De details zijn lastiger en het is moeilijk vast te stellen wat je nu wel en niet waarneemt.
NGC 1973: een oplichtend neveldeel boven de linker arm van de running man, veroorzaakt door een heldere ster (m 7.3) en een zwakkere (m 8.9) die goed te zien zijn.
NGC 1975: Een lastig te onderscheiden deel van de nevel.
NGC 1977: Een neveldeel met ook een ijle open sterrenhoop die slechts enkele sterren bevat.
NGC 1982: Messier 43, de Kleine Orionnevel
NGC 1976: Messier 42, de Grote Orionnevel
Theta 1 Ori: Het ‘Trapezium’, de sterren die het Orioncomplex doen oplichten.
NGC 1980: Een nevel met open sterrenhoop met daarin de dubbelster Iota Ori (Na’ir al Saif)
Bijgaand een foto van 10 jaar geleden met veel van deze objecten zodat je kan zien waar ze te vinden zijn.
.
Een heel jaar waarin nog nooit een waarneming is gedaan hebben we voor de boeg. Je hebt dus de mogelijkheid de eerste te worden. Heb je wat minder haast dan staan er voor januari 31 avonden en nachten ter beschikking. Voor deze maand hebben we gekozen voor ‘het Zwaard van Orion’.
Over Orion kan je wel een boek vol schrijven, hier een begin

De Griekse mythologie vertelt dat Orion de zoon is van de zeegod Poseidon en Euryla. Poseidon gaf Orion de macht om over het water te kunnen lopen. Orion ging op jacht met zijn twee honden Canis Minor (kleine hond) en Canis Major (grote hond). Orion was groot, sterk en vermaard om zijn schoonheid. Er zijn vele verhalen over zijn liefde voor vrouwen. In één van die verhalen achtervolgde hij de Plejaden, de zeven prachtige zusters. Hij had ze bijna te pakken toen Zeus daar een stokje voor stak. Hij veranderde de zeven zusters in druiven. De straf van Zeus was dat hij eeuwig zou blijven jagen maar de zusters nooit zal bereiken. Orion werd door Zeus aan de hemel geplaatst, naast de Stier (Zeus zelf) die tussen Orion en de Plejaden in staat.
Onze Melkweg is een spiraalstelsel met armen die genoemd zijn naar de sterrenbeelden die we in die richtingen zien. Als we in de richting van het centrum kijken komen we als eerste de Sagittariusarm tegen. Als we de andere kant uit kijken krijgen we de Perseusarm in beeld.
Tussen deze armen zit een kleine aftakking van de Sagittariusarm, de Orionarm. In de Orionarm vinden we, zoals de naam al zegt het sterrenbeeld Orion en onze Zon. Orion ligt relatief dichtbij (+/-1500 lichtjaar) en we kunnen het dus goed waarnemen. Waarschijnlijk voor velen een bekend gebied, maar of we er ook gedetailleerd aandacht aan hebben gegeven?
Orion vinden we op 1 januari ‘s avonds om acht uur al in het zuidoosten en op de 31e om 24:00 uur nog in het zuidwesten. We kunnen het dus de hele maand waarnemen. Om Orion te vinden hoeven we niet moeilijk te doen. De drie gordelsterren (Alnitak, Alnilam en Mintaka) zien we met het blote oog. Het zwaard van Orion hangt aan zijn gordel. Zonder telescoop is het zwaard goed te zien als een wat langwerpige heldere nevel. Hierin bevindt zich onder ander de Orionnevel, een gigantisch stervormingsgebied, spectaculair in de telescoop.
Het zwaard van boven naar onderen volgend zien we:
NGC 1981: een grote open sterrenhoop
NGC 1973, 1975 en 1977 zijn onderdeel van hetzelfde nevelcomplex, de ‘Running man nevel’. Het geheel is vrij eenvoudig te zien. De details zijn lastiger en het is moeilijk vast te stellen wat je nu wel en niet waarneemt.
NGC 1973: een oplichtend neveldeel boven de linker arm van de running man, veroorzaakt door een heldere ster (m 7.3) en een zwakkere (m 8.9) die goed te zien zijn.
NGC 1975: Een lastig te onderscheiden deel van de nevel.
NGC 1977: Een neveldeel met ook een ijle open sterrenhoop die slechts enkele sterren bevat.
NGC 1982: Messier 43, de Kleine Orionnevel
NGC 1976: Messier 42, de Grote Orionnevel
Theta 1 Ori: Het ‘Trapezium’, de sterren die het Orioncomplex doen oplichten.
NGC 1980: Een nevel met open sterrenhoop met daarin de dubbelster Iota Ori (Na’ir al Saif)
Bijgaand een foto van 10 jaar geleden met veel van deze objecten zodat je kan zien waar ze te vinden zijn.
.